Werkwoordvervoeging

Ergoogeln

Indikativ

Präsens

  • ich ergoogele
  • du ergoogelst
  • er/sie/es ergoogelt
  • wir ergoogeln
  • ihr ergoogelt
  • sie/Sie ergoogeln

Präteritum

  • ich ergoogelte
  • du ergoogeltest
  • er/sie/es ergoogelte
  • wir ergoogelten
  • ihr ergoogeltet
  • sie/Sie ergoogelten

Perfekt

  • ich habe ergoogelt
  • du hast ergoogelt
  • er/sie/es hat ergoogelt
  • wir haben ergoogelt
  • ihr habt ergoogelt
  • sie/Sie haben ergoogelt

Plusquamperfekt

  • ich hatte ergoogelt
  • du hattest ergoogelt
  • er/sie/es hatte ergoogelt
  • wir hatten ergoogelt
  • ihr hattet ergoogelt
  • sie/Sie hatten ergoogelt

Futur 1

  • ich werde ergoogeln
  • du wirst ergoogeln
  • er/sie/es wird ergoogeln
  • wir werden ergoogeln
  • ihr werdet ergoogeln
  • sie/Sie werden ergoogeln

Futur 2

  • ich werde ergoogelt haben
  • du wirst ergoogelt haben
  • er/sie/es wird ergoogelt haben
  • wir werden ergoogelt haben
  • ihr werdet ergoogelt haben
  • sie/Sie werden ergoogelt haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich ergoogele
  • du ergoogelst
  • er/sie/es ergoogle
  • wir ergoogeln
  • ihr ergoogelt
  • sie/Sie ergoogeln

II Präteritum

  • ich ergoogelte
  • du ergoogeltest
  • er/sie/es ergoogelte
  • wir ergoogelten
  • ihr ergoogeltet
  • sie/Sie ergoogelten

I Perfekt

  • ich habe ergoogelt
  • du habest ergoogelt
  • er/sie/es habe ergoogelt
  • wir haben ergoogelt
  • ihr habet ergoogelt
  • sie/Sie haben ergoogelt

I Futur 1

  • ich werde ergoogeln
  • du werdest ergoogeln
  • er/sie/es werde ergoogeln
  • wir werden ergoogeln
  • ihr werdet ergoogeln
  • sie/Sie werden ergoogeln

I Futur 2

  • ich werde ergoogelt haben
  • du werdest ergoogelt haben
  • er/sie/es werde ergoogelt haben
  • wir werden ergoogelt haben
  • ihr werdet ergoogelt haben
  • sie/Sie werden ergoogelt haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte ergoogelt
  • du hättest ergoogelt
  • er/sie/es hätte ergoogelt
  • wir hätten ergoogelt
  • ihr hättet ergoogelt
  • sie/Sie hätten ergoogelt

II Futur 1

  • ich würde ergoogeln
  • du würdest ergoogeln
  • er/sie/es würde ergoogeln
  • wir würden ergoogeln
  • ihr würdet ergoogeln
  • sie/Sie würden ergoogeln

II Futur 2

  • ich würde ergoogelt haben
  • du würdest ergoogelt haben
  • er/sie/es würde ergoogelt haben
  • wir würden ergoogelt haben
  • ihr würdet ergoogelt haben
  • sie/Sie würden ergoogelt haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Ergoogle! / (du) Ergoogele!
  • (wir) Ergoogeln wir!
  • (ihr) Ergoogelt!
  • (Sie) Ergoogeln Sie!

Partizip

Präsens

  • ergoogelnd

Perfekt

  • ergoogelt

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Ergoogeln,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Ergoogeln? Typ gewoon Ergoogeln in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: