Werkwoordvervoeging

Vervoegen Ertappen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich ertappe
  • du ertappst
  • er/sie/es ertappt
  • wir ertappen
  • ihr ertappt
  • sie/Sie ertappen

Präteritum

  • ich ertappte
  • du ertapptest
  • er/sie/es ertappte
  • wir ertappten
  • ihr ertapptet
  • sie/Sie ertappten

Perfekt

  • ich habe ertappt
  • du hast ertappt
  • er/sie/es hat ertappt
  • wir haben ertappt
  • ihr habt ertappt
  • sie/Sie haben ertappt

Plusquamperfekt

  • ich hatte ertappt
  • du hattest ertappt
  • er/sie/es hatte ertappt
  • wir hatten ertappt
  • ihr hattet ertappt
  • sie/Sie hatten ertappt

Futur 1

  • ich werde ertappen
  • du wirst ertappen
  • er/sie/es wird ertappen
  • wir werden ertappen
  • ihr werdet ertappen
  • sie/Sie werden ertappen

Futur 2

  • ich werde ertappt haben
  • du wirst ertappt haben
  • er/sie/es wird ertappt haben
  • wir werden ertappt haben
  • ihr werdet ertappt haben
  • sie/Sie werden ertappt haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich ertappe
  • du ertappest
  • er/sie/es ertappe
  • wir ertappen
  • ihr ertappet
  • sie/Sie ertappen

II Präteritum

  • ich ertappte
  • du ertapptest
  • er/sie/es ertappte
  • wir ertappten
  • ihr ertapptet
  • sie/Sie ertappten

I Perfekt

  • ich habe ertappt
  • du habest ertappt
  • er/sie/es habe ertappt
  • wir haben ertappt
  • ihr habet ertappt
  • sie/Sie haben ertappt

I Futur 1

  • ich werde ertappen
  • du werdest ertappen
  • er/sie/es werde ertappen
  • wir werden ertappen
  • ihr werdet ertappen
  • sie/Sie werden ertappen

I Futur 2

  • ich werde ertappt haben
  • du werdest ertappt haben
  • er/sie/es werde ertappt haben
  • wir werden ertappt haben
  • ihr werdet ertappt haben
  • sie/Sie werden ertappt haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte ertappt
  • du hättest ertappt
  • er/sie/es hätte ertappt
  • wir hätten ertappt
  • ihr hättet ertappt
  • sie/Sie hätten ertappt

II Futur 1

  • ich würde ertappen
  • du würdest ertappen
  • er/sie/es würde ertappen
  • wir würden ertappen
  • ihr würdet ertappen
  • sie/Sie würden ertappen

II Futur 2

  • ich würde ertappt haben
  • du würdest ertappt haben
  • er/sie/es würde ertappt haben
  • wir würden ertappt haben
  • ihr würdet ertappt haben
  • sie/Sie würden ertappt haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Ertappe!
  • (wir) Ertappen wir!
  • (ihr) Ertappt!
  • (Sie) Ertappen Sie!

Partizip

Präsens

  • ertappend

Perfekt

  • ertappt

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Ertappen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Ertappen? Typ gewoon Ertappen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: