Werkwoordvervoeging

Vervoegen Leugnen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich leugne
  • du leugnest
  • er/sie/es leugnet
  • wir leugnen
  • ihr leugnet
  • sie/Sie leugnen

Präteritum

  • ich leugnete
  • du leugnetest
  • er/sie/es leugnete
  • wir leugneten
  • ihr leugnetet
  • sie/Sie leugneten

Perfekt

  • ich habe geleugnet
  • du hast geleugnet
  • er/sie/es hat geleugnet
  • wir haben geleugnet
  • ihr habt geleugnet
  • sie/Sie haben geleugnet

Plusquamperfekt

  • ich hatte geleugnet
  • du hattest geleugnet
  • er/sie/es hatte geleugnet
  • wir hatten geleugnet
  • ihr hattet geleugnet
  • sie/Sie hatten geleugnet

Futur 1

  • ich werde leugnen
  • du wirst leugnen
  • er/sie/es wird leugnen
  • wir werden leugnen
  • ihr werdet leugnen
  • sie/Sie werden leugnen

Futur 2

  • ich werde geleugnet haben
  • du wirst geleugnet haben
  • er/sie/es wird geleugnet haben
  • wir werden geleugnet haben
  • ihr werdet geleugnet haben
  • sie/Sie werden geleugnet haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich leugne
  • du leugnest
  • er/sie/es leugne
  • wir leugnen
  • ihr leugnet
  • sie/Sie leugnen

II Präteritum

  • ich leugnete
  • du leugnetest
  • er/sie/es leugnete
  • wir leugneten
  • ihr leugnetet
  • sie/Sie leugneten

I Perfekt

  • ich habe geleugnet
  • du habest geleugnet
  • er/sie/es habe geleugnet
  • wir haben geleugnet
  • ihr habet geleugnet
  • sie/Sie haben geleugnet

I Futur 1

  • ich werde leugnen
  • du werdest leugnen
  • er/sie/es werde leugnen
  • wir werden leugnen
  • ihr werdet leugnen
  • sie/Sie werden leugnen

I Futur 2

  • ich werde geleugnet haben
  • du werdest geleugnet haben
  • er/sie/es werde geleugnet haben
  • wir werden geleugnet haben
  • ihr werdet geleugnet haben
  • sie/Sie werden geleugnet haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte geleugnet
  • du hättest geleugnet
  • er/sie/es hätte geleugnet
  • wir hätten geleugnet
  • ihr hättet geleugnet
  • sie/Sie hätten geleugnet

II Futur 1

  • ich würde leugnen
  • du würdest leugnen
  • er/sie/es würde leugnen
  • wir würden leugnen
  • ihr würdet leugnen
  • sie/Sie würden leugnen

II Futur 2

  • ich würde geleugnet haben
  • du würdest geleugnet haben
  • er/sie/es würde geleugnet haben
  • wir würden geleugnet haben
  • ihr würdet geleugnet haben
  • sie/Sie würden geleugnet haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Leugne!
  • (wir) Leugnen wir!
  • (ihr) Leugnet!
  • (Sie) Leugnen Sie!

Partizip

Präsens

  • leugnend

Perfekt

  • geleugnet

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Leugnen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Leugnen? Typ gewoon Leugnen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: