Werkwoordvervoeging

Vervoegen Novellieren In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich novelliere
  • du novellierst
  • er/sie/es novelliert
  • wir novellieren
  • ihr novelliert
  • sie/Sie novellieren

Präteritum

  • ich novellierte
  • du novelliertest
  • er/sie/es novellierte
  • wir novellierten
  • ihr novelliertet
  • sie/Sie novellierten

Perfekt

  • ich habe novelliert
  • du hast novelliert
  • er/sie/es hat novelliert
  • wir haben novelliert
  • ihr habt novelliert
  • sie/Sie haben novelliert

Plusquamperfekt

  • ich hatte novelliert
  • du hattest novelliert
  • er/sie/es hatte novelliert
  • wir hatten novelliert
  • ihr hattet novelliert
  • sie/Sie hatten novelliert

Futur 1

  • ich werde novellieren
  • du wirst novellieren
  • er/sie/es wird novellieren
  • wir werden novellieren
  • ihr werdet novellieren
  • sie/Sie werden novellieren

Futur 2

  • ich werde novelliert haben
  • du wirst novelliert haben
  • er/sie/es wird novelliert haben
  • wir werden novelliert haben
  • ihr werdet novelliert haben
  • sie/Sie werden novelliert haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich novelliere
  • du novellierest
  • er/sie/es novelliere
  • wir novellieren
  • ihr novellieret
  • sie/Sie novellieren

II Präteritum

  • ich novellierte
  • du novelliertest
  • er/sie/es novellierte
  • wir novellierten
  • ihr novelliertet
  • sie/Sie novellierten

I Perfekt

  • ich habe novelliert
  • du habest novelliert
  • er/sie/es habe novelliert
  • wir haben novelliert
  • ihr habet novelliert
  • sie/Sie haben novelliert

I Futur 1

  • ich werde novellieren
  • du werdest novellieren
  • er/sie/es werde novellieren
  • wir werden novellieren
  • ihr werdet novellieren
  • sie/Sie werden novellieren

I Futur 2

  • ich werde novelliert haben
  • du werdest novelliert haben
  • er/sie/es werde novelliert haben
  • wir werden novelliert haben
  • ihr werdet novelliert haben
  • sie/Sie werden novelliert haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte novelliert
  • du hättest novelliert
  • er/sie/es hätte novelliert
  • wir hätten novelliert
  • ihr hättet novelliert
  • sie/Sie hätten novelliert

II Futur 1

  • ich würde novellieren
  • du würdest novellieren
  • er/sie/es würde novellieren
  • wir würden novellieren
  • ihr würdet novellieren
  • sie/Sie würden novellieren

II Futur 2

  • ich würde novelliert haben
  • du würdest novelliert haben
  • er/sie/es würde novelliert haben
  • wir würden novelliert haben
  • ihr würdet novelliert haben
  • sie/Sie würden novelliert haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Novelliere!
  • (wir) Novellieren wir!
  • (ihr) Novelliert!
  • (Sie) Novellieren Sie!

Partizip

Präsens

  • novellierend

Perfekt

  • novelliert

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Novellieren,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Novellieren? Typ gewoon Novellieren in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: