Werkwoordvervoeging

Vervoegen Peinigen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich peinige
  • du peinigst
  • er/sie/es peinigt
  • wir peinigen
  • ihr peinigt
  • sie/Sie peinigen

Präteritum

  • ich peinigte
  • du peinigtest
  • er/sie/es peinigte
  • wir peinigten
  • ihr peinigtet
  • sie/Sie peinigten

Perfekt

  • ich habe gepeinigt
  • du hast gepeinigt
  • er/sie/es hat gepeinigt
  • wir haben gepeinigt
  • ihr habt gepeinigt
  • sie/Sie haben gepeinigt

Plusquamperfekt

  • ich hatte gepeinigt
  • du hattest gepeinigt
  • er/sie/es hatte gepeinigt
  • wir hatten gepeinigt
  • ihr hattet gepeinigt
  • sie/Sie hatten gepeinigt

Futur 1

  • ich werde peinigen
  • du wirst peinigen
  • er/sie/es wird peinigen
  • wir werden peinigen
  • ihr werdet peinigen
  • sie/Sie werden peinigen

Futur 2

  • ich werde gepeinigt haben
  • du wirst gepeinigt haben
  • er/sie/es wird gepeinigt haben
  • wir werden gepeinigt haben
  • ihr werdet gepeinigt haben
  • sie/Sie werden gepeinigt haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich peinige
  • du peinigest
  • er/sie/es peinige
  • wir peinigen
  • ihr peiniget
  • sie/Sie peinigen

II Präteritum

  • ich peinigte
  • du peinigtest
  • er/sie/es peinigte
  • wir peinigten
  • ihr peinigtet
  • sie/Sie peinigten

I Perfekt

  • ich habe gepeinigt
  • du habest gepeinigt
  • er/sie/es habe gepeinigt
  • wir haben gepeinigt
  • ihr habet gepeinigt
  • sie/Sie haben gepeinigt

I Futur 1

  • ich werde peinigen
  • du werdest peinigen
  • er/sie/es werde peinigen
  • wir werden peinigen
  • ihr werdet peinigen
  • sie/Sie werden peinigen

I Futur 2

  • ich werde gepeinigt haben
  • du werdest gepeinigt haben
  • er/sie/es werde gepeinigt haben
  • wir werden gepeinigt haben
  • ihr werdet gepeinigt haben
  • sie/Sie werden gepeinigt haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte gepeinigt
  • du hättest gepeinigt
  • er/sie/es hätte gepeinigt
  • wir hätten gepeinigt
  • ihr hättet gepeinigt
  • sie/Sie hätten gepeinigt

II Futur 1

  • ich würde peinigen
  • du würdest peinigen
  • er/sie/es würde peinigen
  • wir würden peinigen
  • ihr würdet peinigen
  • sie/Sie würden peinigen

II Futur 2

  • ich würde gepeinigt haben
  • du würdest gepeinigt haben
  • er/sie/es würde gepeinigt haben
  • wir würden gepeinigt haben
  • ihr würdet gepeinigt haben
  • sie/Sie würden gepeinigt haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Peinige! / (du) Peinig!
  • (wir) Peinigen wir!
  • (ihr) Peinigt!
  • (Sie) Peinigen Sie!

Partizip

Präsens

  • peinigend

Perfekt

  • gepeinigt

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Peinigen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Peinigen? Typ gewoon Peinigen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: