Duitse werkwoorden vervoegen

Werkwoordvervoeging

Vervoegen Regen In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich rege
  • du regst
  • er/sie/es regt
  • wir regen
  • ihr regt
  • sie/Sie regen

Präteritum

  • ich regte
  • du regtest
  • er/sie/es regte
  • wir regten
  • ihr regtet
  • sie/Sie regten

Perfekt

  • ich habe geregt
  • du hast geregt
  • er/sie/es hat geregt
  • wir haben geregt
  • ihr habt geregt
  • sie/Sie haben geregt

Plusquamperfekt

  • ich hatte geregt
  • du hattest geregt
  • er/sie/es hatte geregt
  • wir hatten geregt
  • ihr hattet geregt
  • sie/Sie hatten geregt

Futur 1

  • ich werde regen
  • du wirst regen
  • er/sie/es wird regen
  • wir werden regen
  • ihr werdet regen
  • sie/Sie werden regen

Futur 2

  • ich werde geregt haben
  • du wirst geregt haben
  • er/sie/es wird geregt haben
  • wir werden geregt haben
  • ihr werdet geregt haben
  • sie/Sie werden geregt haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich rege
  • du regest
  • er/sie/es rege
  • wir regen
  • ihr reget
  • sie/Sie regen

II Präteritum

  • ich regte
  • du regtest
  • er/sie/es regte
  • wir regten
  • ihr regtet
  • sie/Sie regten

I Perfekt

  • ich habe geregt
  • du habest geregt
  • er/sie/es habe geregt
  • wir haben geregt
  • ihr habet geregt
  • sie/Sie haben geregt

I Futur 1

  • ich werde regen
  • du werdest regen
  • er/sie/es werde regen
  • wir werden regen
  • ihr werdet regen
  • sie/Sie werden regen

I Futur 2

  • ich werde geregt haben
  • du werdest geregt haben
  • er/sie/es werde geregt haben
  • wir werden geregt haben
  • ihr werdet geregt haben
  • sie/Sie werden geregt haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte geregt
  • du hättest geregt
  • er/sie/es hätte geregt
  • wir hätten geregt
  • ihr hättet geregt
  • sie/Sie hätten geregt

II Futur 1

  • ich würde regen
  • du würdest regen
  • er/sie/es würde regen
  • wir würden regen
  • ihr würdet regen
  • sie/Sie würden regen

II Futur 2

  • ich würde geregt haben
  • du würdest geregt haben
  • er/sie/es würde geregt haben
  • wir würden geregt haben
  • ihr würdet geregt haben
  • sie/Sie würden geregt haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Rege! / (du) Reg!
  • (wir) Regen wir!
  • (ihr) Regt!
  • (Sie) Regen Sie!

Partizip

Präsens

  • regend

Perfekt

  • geregt
Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Regen,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Regen? Typ gewoon Regen in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: