Werkwoordvervoeging

Vervoegen Schoren In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich schore
  • du schorst
  • er/sie/es schort
  • wir schoren
  • ihr schort
  • sie/Sie schoren

Präteritum

  • ich schorte
  • du schortest
  • er/sie/es schorte
  • wir schorten
  • ihr schortet
  • sie/Sie schorten

Perfekt

  • ich habe geschort
  • du hast geschort
  • er/sie/es hat geschort
  • wir haben geschort
  • ihr habt geschort
  • sie/Sie haben geschort

Plusquamperfekt

  • ich hatte geschort
  • du hattest geschort
  • er/sie/es hatte geschort
  • wir hatten geschort
  • ihr hattet geschort
  • sie/Sie hatten geschort

Futur 1

  • ich werde schoren
  • du wirst schoren
  • er/sie/es wird schoren
  • wir werden schoren
  • ihr werdet schoren
  • sie/Sie werden schoren

Futur 2

  • ich werde geschort haben
  • du wirst geschort haben
  • er/sie/es wird geschort haben
  • wir werden geschort haben
  • ihr werdet geschort haben
  • sie/Sie werden geschort haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich schore
  • du schorest
  • er/sie/es schore
  • wir schoren
  • ihr schoret
  • sie/Sie schoren

II Präteritum

  • ich schorte
  • du schortest
  • er/sie/es schorte
  • wir schorten
  • ihr schortet
  • sie/Sie schorten

I Perfekt

  • ich habe geschort
  • du habest geschort
  • er/sie/es habe geschort
  • wir haben geschort
  • ihr habet geschort
  • sie/Sie haben geschort

I Futur 1

  • ich werde schoren
  • du werdest schoren
  • er/sie/es werde schoren
  • wir werden schoren
  • ihr werdet schoren
  • sie/Sie werden schoren

I Futur 2

  • ich werde geschort haben
  • du werdest geschort haben
  • er/sie/es werde geschort haben
  • wir werden geschort haben
  • ihr werdet geschort haben
  • sie/Sie werden geschort haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte geschort
  • du hättest geschort
  • er/sie/es hätte geschort
  • wir hätten geschort
  • ihr hättet geschort
  • sie/Sie hätten geschort

II Futur 1

  • ich würde schoren
  • du würdest schoren
  • er/sie/es würde schoren
  • wir würden schoren
  • ihr würdet schoren
  • sie/Sie würden schoren

II Futur 2

  • ich würde geschort haben
  • du würdest geschort haben
  • er/sie/es würde geschort haben
  • wir würden geschort haben
  • ihr würdet geschort haben
  • sie/Sie würden geschort haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Schore!
  • (wir) Schoren wir!
  • (ihr) Schort!
  • (Sie) Schoren Sie!

Partizip

Präsens

  • schorend

Perfekt

  • geschort

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Schoren,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Schoren? Typ gewoon Schoren in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: