Werkwoordvervoeging

Vervoegen Verleisern In het Duits

Indikativ

Präsens

  • ich verleisere
  • du verleiserst
  • er/sie/es verleisert
  • wir verleisern
  • ihr verleisert
  • sie/Sie verleisern

Präteritum

  • ich verleiserte
  • du verleisertest
  • er/sie/es verleiserte
  • wir verleiserten
  • ihr verleisertet
  • sie/Sie verleiserten

Perfekt

  • ich habe verleisert
  • du hast verleisert
  • er/sie/es hat verleisert
  • wir haben verleisert
  • ihr habt verleisert
  • sie/Sie haben verleisert

Plusquamperfekt

  • ich hatte verleisert
  • du hattest verleisert
  • er/sie/es hatte verleisert
  • wir hatten verleisert
  • ihr hattet verleisert
  • sie/Sie hatten verleisert

Futur 1

  • ich werde verleisern
  • du wirst verleisern
  • er/sie/es wird verleisern
  • wir werden verleisern
  • ihr werdet verleisern
  • sie/Sie werden verleisern

Futur 2

  • ich werde verleisert haben
  • du wirst verleisert haben
  • er/sie/es wird verleisert haben
  • wir werden verleisert haben
  • ihr werdet verleisert haben
  • sie/Sie werden verleisert haben

Konjunktiv

I Präsens

  • ich verleisere
  • du verleiserest
  • er/sie/es verleisere
  • wir verleiseren
  • ihr verleiseret
  • sie/Sie verleiseren

II Präteritum

  • ich verleiserte
  • du verleisertest
  • er/sie/es verleiserte
  • wir verleiserten
  • ihr verleisertet
  • sie/Sie verleiserten

I Perfekt

  • ich habe verleisert
  • du habest verleisert
  • er/sie/es habe verleisert
  • wir haben verleisert
  • ihr habet verleisert
  • sie/Sie haben verleisert

I Futur 1

  • ich werde verleisern
  • du werdest verleisern
  • er/sie/es werde verleisern
  • wir werden verleisern
  • ihr werdet verleisern
  • sie/Sie werden verleisern

I Futur 2

  • ich werde verleisert haben
  • du werdest verleisert haben
  • er/sie/es werde verleisert haben
  • wir werden verleisert haben
  • ihr werdet verleisert haben
  • sie/Sie werden verleisert haben

II Plusquamperfekt

  • ich hätte verleisert
  • du hättest verleisert
  • er/sie/es hätte verleisert
  • wir hätten verleisert
  • ihr hättet verleisert
  • sie/Sie hätten verleisert

II Futur 1

  • ich würde verleisern
  • du würdest verleisern
  • er/sie/es würde verleisern
  • wir würden verleisern
  • ihr würdet verleisern
  • sie/Sie würden verleisern

II Futur 2

  • ich würde verleisert haben
  • du würdest verleisert haben
  • er/sie/es würde verleisert haben
  • wir würden verleisert haben
  • ihr würdet verleisert haben
  • sie/Sie würden verleisert haben

Imperativ

Präsens

  • (du) Verleisere! / (du) Verleiser! / (du) Verleisre!
  • (wir) Verleisern wir!
  • (ihr) Verleisert!
  • (Sie) Verleisern Sie!

Partizip

Präsens

  • verleisernd

Perfekt

  • verleisert

Als je moeite hebt met de vervoeging van het Duitse werkwoord Verleisern,bekijk dan onze Duitse lessen!! Vatefaireconjuguer is een gratis online werkwoordvervoeger gemaakt door Gymglish. Gymglish, opgericht in 2004, creëert leuke, gepersonaliseerde online taalcursussen: een cursus Engels online, cursus Spaans online, cursus Duits online, cursus Frans online, cursus Italiaans online en meer. Je kunt er alle Duits werkwoorden vervoegen (alle groepen) in elke tijds- en aspectvorm: Präteritum, Präsens, Futur I, futur II, Futur II, Perfekt, Plusquamperfekt, Subjonctif I, Subjonctif II, Imperativ, etc. Niet zeker hoe je een werkwoord moet Verleisern? Typ gewoon Verleisern in onze zoekbalk om de Duitse vervoeging ervan te bekijken. Je kunt ook een zin vervoegen, bijvoorbeeld 'leer een werkwoord!' Om je spelling te verbeteren, biedt Gymglish ook online cursussen Duits aan en krijg je toegang tot veel Duitse grammatica, spellings- en vervoegingsregels om de taal onder de knie te krijgen! Bekijk ook onze andere online werkwoordvervoegers: Spaanse werkwoorden vervoegen, Franse werkwoorden vervoegen, Italiaanse werkwoorden vervoegen, Engelse werkwoorden vervoegen (onregelmatige Engelse werkwoorden, modale Engelse werkwoorden).
Download gratis onze vervoeg-apps: